dinsdag 29 augustus 2017

Vorig schooljaar verving ik een aantal weken in een kleutergroep. Het jongetje in kwestie stond op de eerste dag al behulpzaam naast me en week de hele dag niet van mijn zijde. En als hij even bezig was, stond hij meteen bij me als hij merkte dat ik hulp nodig had. Zijn focus was dus constant op mij gericht, een groot verantwoordelijkheidsgevoel, maar ook graag de situatie onder controle willen houden. Later bleek dat hij in zijn thuissituatie een grote verantwoordelijkheid (moet) dragen. Het jongetje kan daardoor bijna niet 'kind zijn' en staat constant op 'scherp'. Als hem dan iets tegenzit (lees: controle kwijtraakt) kan hij hier moeilijk mee omgaan. Op het moment van de beschreven situatie, wist ik dat nog niet.


De stomste juf!

 

“Ik ga naar huis! En jij bent de stómste juf!” riep hij boos door het lokaal en stampvoette naar de kapstok. 23 paar kleuterogen richtten zich verschrikt in mijn richting; Wat gaat juf doen? Hij was inmiddels bij de kapstok aangekomen, had zijn jas aan en was bezig zijn tas op zijn rug te hangen. Ik bleef zitten en de hoofden van de kinderen bewogen afwisselend van hem naar mij, en weer naar hem. Zijn blik was donker en boos, heel boos. Met grote passen liep hij naar de buitendeur. Ik stond op en vroeg of hij toch weer bij ons wou komen zitten? “Néé!” riep hij heel hard en heel boos, pakte de deurklink vast en liep naar buiten.

De andere kinderen zaten nog steeds op hun stoel, enkele kinderen snelden toe om te helpen. ‘Hij is heel boos, hè? Gebeurt dit vaker?’ vroeg ik hun. “Ja,” zeiden ze. “En hij gaat niet echt weg, hij blijft om het hoekje wachten. Ga je niet achter hem aan?” Waarschijnlijk verwachtten ze een boze juf of een juf die uit alle macht zou proberen hem terug in het lokaal te krijgen. Misschien verwachtten ze een juf die nu een straf ging bedenken of chaotisch en woedend de groep zou instrueren om alles weer onder controle te krijgen. Die juf kwam niet. ‘Nee,’ antwoordde ik. ‘Ik vertrouw hem en hij komt wel terug.’


“Ok,” zeiden ze. “Zullen we dan nu verder gaan en gaan werken?” intussen af en toe een blik door het raam werpend om te kijken of hij al te zien was. 

En hij kwam terug. Met zijn tas op zijn rug, stond hij voor het raam. Ik maakte de deur voor hem open en ik zei: ‘Wat fijn dat je er weer bent, we hebben je nodig.’ Hij keek me verbaasd en hoopvol aan. Ik vroeg of hij even bij me kwam zitten. Hij nestelde zich tussen mijn benen. ‘Je was heel boos, hè?’ Zijn gezicht betrok meteen; “Ja!” Ik verwoordde zijn gevoel, de situatie die hem zo boos maakte. Precies zoals het was, zonder oordeel, zonder interpretatie. Hij bevestigde en was ondertussen tegen me aan gaan hangen. Een klein mens, op zoek naar erkenning, geborgenheid en vertrouwen. Gewoon, en toch zo bijzonder. En ik vertelde hem hoe belangrijk hij is omdat hij bij ons hoort, onze groep. ‘We missen je als je weg gaat.’ En door zijn talent te benoemen (hij vindt zichzelf een goede ‘maker’) en waar we dit deze dag bij nodig hadden, was hij om. “Ok,” zei hij. “Ik blijf wel vandaag.” 

De achterliggende gedachte van mij bij dit jongetje was ten eerste hem het gevoel geven dat hij erbij hoort. Dit stel ik altijd voorop in een groep en tijdens de Systemische Jaaropleiding leerde ik dat ‘Erbij horen’ een van de systemische wetten is. Elk mens wil ergens bij horen, elk mens wil gezien worden. Door elk kind in je klas te zien en het gevoel te geven dat hij erbij hoort, creëer je vertrouwen en respect.

Daarnaast pas ik de vertaalmethode, die ik een paar jaar geleden leerde op de opleiding tot Kindertolk, heel vaak toe. Voorheen was ik misschien boos geworden, had ik een oordeel over zijn woorden en actie, of hem op enige wijze afgewezen. Nu voelde ik alleen maar rust en zag ik zijn behoefte. Ik bleef. En hij ook.

 

 

 

 

 

Door Maartje Coolen – Schooljaar 2016-2017

zaterdag 10 september 2016

Kans

In een vorig blog schreef ik over kinderen die zo zinvol tekenden.
Over de leerkracht die dit ook zo graag wil doen met haar groep.
En dat deze leerkracht hiermee in de groep en in zichzelf investeert.
Hoe? Nou gewoon, door te doen. Ze hoeft alleen maar te kijken wat ik doe en dat na te doen. Het werkt precies zoals thuis en op school; De volwassene doet het voor en het kind doet dit na. Nu is dit iets anders dan het leren van een nieuw woord in groep 3 of zelf tanden poetsen thuis;
Dit is iets nieuws wat ik heb geleerd van Marijke Sluijter; Initiator en ontwikkelaar van de opleiding Zinvol Tekenen.
Sinds de eerste keer dat ik op haar website kwam, zo’n 5 jaar geleden, ontstond in mij de wens om bij haar in opleiding te gaan. Waarom ik dat wilde kon ik niet verwoorden. Ik denk om dezelfde reden als waarom ik de opleiding Kindertolk ben gaan doen. Die opleiding gaf woorden aan wat ik voelde bij de kinderen in mijn klas, een andere zienswijze, een probleem niet als probleem zien, maar als mogelijkheid, een kans.
Zinvol Tekenen gaat juist niet om de woorden, wel om communicatie. Het geeft woorden en beeld bij wat de innerlijke drijfveren van iemand zijn. En kinderen beheersen nog niet alle woorden, zijn zelfs niet bezig met woorden, zijn bezig met zichzelf en de wereld. En wie ze zíjn, ín die wereld. Wij, volwassenen, hebben ons gevoegd naar die wereld. En laat kinderen nou net diegenen zijn, die dat niet doen. Ha, daar had je niet van terug… Of misschien wel. Enfin, ik denk dat ik juist daarom naar Marijke wilde.

En wat ben ik blij dat ik die kans kreeg. Van mijn schoolleider destijds. Of eigenlijk van de vervangend schoolleider. Ik zag een probleem en hij gaf me de kans. De kans die geleid heeft mijn eigen drijfveren in beeld te krijgen, betekenisvol mijn nieuwe groep te begeleiden, zinvol met elkaar in contact te zijn en zo te zorgen voor jezelf, voor de ander en voor je omgeving (de peilers in visie op sociaal emotionele ontwikkeling binnen ‘onze’ school). En bovenal de kans om het onderwijs te verlaten, de kans om volledig zelfstandig te ondernemen, de kans om de opleiding tot Docent Zinvol Tekenen en Tekenspel te volgen. En nu krijg ik van Marijke de kans om mensen mee te nemen in deze kansenstroom. Ze heeft vast gevoeld wat mijn nieuwe wens is, want onlangs heeft ze me gevraagd of ik haar opleiding in België wil gaan geven. Wow!

Voordat het zover is, is nog veel voorbereiding en investering nodig. Samen met Marijke. En dat biedt wéér nieuwe kansen. Ik sta te popelen…


 Alles wat je aandacht geeft, groeit.

dinsdag 26 april 2016

Zinvol ‘praten’ zonder woorden…

Ok… Daar ben ik dan. Ook mengend in de wereld van social media. Deze keer met een heel leuk trainingsaanbod voor leerkrachten. De kinderen waar ik dit mee gedaan heb, praten er nog steeds over. Ze zeggen zelfs dat ze door de tekeningen die we samen gemaakt hebben, nu zo fijn met elkaar kunnen werken. Ze zeggen ook dat ze bij zichzelf ontdekt hebben hoe goed ze kunnen tekenen… En dat ze nieuwe stukjes van zichzelf leerden kennen…
Het ‘boze’ jongetje dat ik, na doorverwijzing door de huisarts, leerde kennen en mocht begeleiden heeft een enorme ontwikkeling doorgemaakt. “Het gaat heel goed met hem,” vertelt oma. “Hij is zo lief en veel rustiger.” Dankjewel juffen, dat jullie openstonden voor tips. En dat jullie hier serieus mee omgegaan zijn. Dankjewel papa en mama.
 
Het gaat om communicatie. Zonder woorden. En er wordt zoveel gezegd. Vier jongens die werken aan een coöperatieve tekenopdracht: “Juf, we hebben de tekening nog niet af. We hebben namelijk een gesprek over wat we vinden van elkaar in hoe we net bezig waren met de lijnen trekken. Daardoor konden we nog niet verder werken. We bespreken wat goed ging en wat beter kan.” Het is prima, jongens. De opbrengst van deze opdracht is groot, dacht ik bij mezelf.
 
Tijdens datzelfde tekenmoment ontstond bij een groep meiden een prachtig resultaat. Een half uur eerder, tijdens het samenstellen van de groepjes en het arrangeren van de tafeltjes was de harmonie in dit groepje voelbaar. Een half uur lang werd er in dit groepje niet gesproken en veel gezegd. Resultaat? Vier blije, ontspannen meiden.
 
Binnenkort start ik op een basisschool een traject. De hulpvraag ligt bij school en betreft de dynamiek in een groep. Aanleiding hiervoor was een oudergesprek dat ik mocht bijwonen en waarin de leerkracht vroeg om tips waarmee ze de sociale vaardigheden van de betreffende leerling kan helpen ontwikkelen. Hoewel ik deze vraag niet verwacht had, kon ik alleen maar bedenken dat ik geen tips wilde geven. Die kinderen moeten aan de slag, met elkaar. Er is genoeg gepraat. Dus antwoorde ik: “Ja, ik heb zelfs hele mooie tips. Tips waar je groep door groeit en jij mag met ze mee. Als jij het wil, wil ik heel graag met deze kinderen werken en dan neem ik jou hierin mee!” “Dat wil ik heel graag,” antwoordde ze.
 
Oh, nu ik eenmaal begonnen ben met schrijven, voel ik dat ik wil blijven schrijven. Er is zoveel te delen met jullie. Maar goed, even heel simpel gezegd haak ik zelf al af bij het zien van een stuk tekst dat er uitziet als een lange loper. Dus laat ik het hierbij voor vandaag. Heel graag tot de volgende keer. Ik ben nu al aan het kiezen waar het dan over zal gaan… Het jongetje met zonder ADHD? – de moeder die steeds ‘botst’ met haar dochter? – Mijn aanbod voor iedereen die wil weten wat ik doe? – De moeder die zich schaamde om verder te tekenen? – Het jongetje met de prachtige uitspraken over geven en ontvangen? – De opbrengst die leerkrachten met me deelden?
 
Fijne dag! Tot gauw!